Opdracht 4
Voor opdracht 4 (kennen en kunnen) moesten we allemaal wiskundige oefeningen maken met verschillende ICT-tools. Deze ICT-tools waren: Desmos, Geogebra, SMART-notebook en Word. Hieronder kun je zien wat ik allemaal heb gemaakt. Eerst wil ik van alle programma's op een rijtje gaan zetten wanneer en waarvoor ik ze zou gebruiken. Dit doe ik aan de hand van het TPACK-model (van Slobbe & van Ast, 2016).
We beginnen met Desmos. Desmos is een online programma dat heel makkelijk in gebruik is. Je zult er dus snel vaardig in zijn. Ik zal dit programma zeker vaker gaan gebruiken om te laten zien wat er gebeurd met de standaardformule wanneer je er verschillende getallen in vult. Ik denk dat het ook een goede site is, om de leerlingen zelf ermee aan de slag te laten gaan. Ik zou het voordoen op het boord en de leerlingen kunnen dan met mij mee doen. Op deze manier denk ik dat de leerlingen het programma snel zullen begrijpen en er mee kunnen werken. Ik verwacht dat de leerlingen het heel leuk zullen vinden om met Desmos te werken. Zo zou je kunnen zeggen, dat wanneer ze klaar zijn met hun huiswerk ze een extra opdracht krijgen op Desmos. Ik verwacht dat dit de leerlingen zal stimuleren serieus met hun huiswerk aan de slag te gaan. Bij opdracht 5 gebruik ik Desmos in mijn lesplan, daar kunt u goed zien, hoe ik Desmos inzet.
Geogebra is een programma dat je kan downloaden. Je kan het eerst 45 dagen gratis proberen. Daarna kost het programma geld. Dit vind ik een nadeel aan het programma, want zo zullen de leerlingen zelf er niet op lange termijn mee kunnen werken. Bij Geogebra kun je iets meer dan bij Desmos. Ook Geogebra is makkelijk in gebruik. Ik zou het in mijn les gebruiken om te laten zien hoe verschillende functies eruit zien, Ook kan je bij Geogebra makkelijk snijlijnen, middelloodlijnen, enz. tekenen. Wanneer je les daarover gaat is dit dus een makkelijke manier om het te laten zien, zonder dat je zelf heel lang bezig bent met het tekenen van de figuren en de lijnen. Ook kan je in Geogebra laten zien wat er gebeurd met die verschillende lijnen, wanneer je een waarde in de functie veranderd. Ik denk niet dat je Geogebra kan inzetten op een pedagogische manier.
SMART-notebook is weer een heel ander programma dan Desmos en Geogebra. SMART-notebook word gebruikt om op de digiborden te schrijven. Ik heb het programma niet gebruikt op een digibord te schrijven bij deze opdracht. Wel heb ik dit al vaker gedaan op stage. In mijn lessen gebruik ik SMART-notebook om onverwachte vragen uit te werken. Van te voren werk ik altijd de vragen die het meeste zijn voor gekomen al uit. Vaak hebben de leerlingen ook nog andere vragen. Met SMART-notebook kan ik deze vragen heel makkelijk uitwerken. SMART-notebook is niet een moeilijk programma, je moet er zeker wel even mee oefenen om te weten waar alle functies zitten. SMART-notebook kan je op een pedagogische manier inzetten door een timer te gebruiken of een stoplicht. Met het stoplicht kan je bijvoorbeeld aangeven wanneer ze mogen praten, fluisteren en stil moeten zijn. Met de timer kunnen de leerlingen zien hoe lang ze nog hebben. Ik verwacht dat dit voor rust in de les zal gaan zorgen.
Met de vergelijkingseditor van Word kan je verschillende functies invoeren. Er staan al een aantal standaard opties in Word zoals: sommatie-teken, matrixen, enz. Door deze standaard opties aan te passen kost het veel minder werk om een functie in te voeren. Nog steeds vond ik het vrij lastig en lang duren. Dit kwam voornamelijk doordat je niet makkelijk bij de wiskundige tekens kwam, zoals pi. Ik zou de vergelijkingseditor van Word gebruiken voor het maken van toetsen en werkbladen. Ook wanneer je een vergelijking in je presentatie wil hebben kan je deze knippen en plakken vanuit Word. Dit vind ik zeker een groot pluspunt. Net als bij Geogebra is de vergelijkeditor niet een hulpmiddel op pedagogisch vlak. Je zou wel de werkbladen die je hebt gemaakt kunnen inzetten om de leerlingen die al klaar zijn bezig te houden.